Fiscale plannen uit het Regeerakkoord

Afgelopen maand is het regeerakkoord gepresenteerd waarin het nieuwe kabinet van VVD, D66, CDA en Christen Unie hun beleidsvoornemens kenbaar hebben gemaakt. Het regeerakkoord van Rutte III heeft als motto “Vertrouwen in de toekomst”. De beleidsvoornemens bevatten ook tal van fiscale plannen. Wij hebben voor u de belangrijkste fiscale plannen uit het regeerakkoord op een rij gezet. Tenzij anders aangegeven, zullen de maatregelen per 1 januari 2019 van kracht worden.

Inkomstenbelasting

Tarieven
Invoering van een tweeschijvenstelsel. Ons huidig stelsel bestaat uit vier schijven met elk hun eigen tarief. Het nieuwe stelsel zal bestaan uit twee schijven en kent een basistarief van 36,93% tot een inkomen uit werk en woning van circa € 68.600 en een toptarief van 49,5% voor het meerdere. De verwachting is dat het nieuwe stelsel per 1 januari 2019 van kracht wordt.

Heffingskortingen
Diverse kortingen worden per 1 januari 2019 verhoogd; te weten de algemene heffingskorting, arbeidskorting en de ouderenkorting. Deze laatste zal worden voorzien van een geleidelijke inkomensafhankelijke afbouw en zal derhalve geen inkomensgrens meer kennen. Uitbetaling van de arbeidskorting en de inkomensafhankelijke combinatiekorting aan de minstverdienende partner zal worden afgebouwd.

Eigen woning
Er staan diverse veranderingen op stapel voor eigen woningbezitters. Allereerst wordt de hypotheekrenteaftrek voor hogere inkomens vanaf 2020 versneld afgebouwd. De bedoeling is per jaar een beperking van 3% ten opzichte van de huidige stappen van 0,5%, zodat in vier jaar tijd het niveau van het basistarief ad 36,93% bereikt is.

Als tweede aanpassing is het voornemen om het eigenwoningforfait van 0,75% naar 0,60% van de WOZ-waarde van de eigen woning te verlagen.

Als laatste verdwijnt de zogenoemde wet-Hillen. Bij eigenwoningbezitters met géén of een geringe eigenwoningschuld kan het eigenwoningforfait uitkomen boven de renteaftrek. De wet-Hillen regelde dat dan geen bijtelling bij het inkomen ontstond. Deze aftrekpost zal gefaseerd, over een periode van 30 jaar, worden afgebouwd.

De wijziging van de wet-Hillen zal al per 1 januari 2018 plaatsvinden, de andere wijzigingen per 2019.

Overige aftrekposten
Ook voor overige aftrekposten, zoals de zelfstandigenaftrek, wordt het tarief van de aftrek beperkt tot de eerste schijf van 36,93%, zoals bij de hypotheekrente. De afbouw vindt ook op dezelfde wijze plaats.

 

Box 2 – tarief
Het tarief voor inkomen uit aanmerkelijk belang (box 2) zal stapsgewijs worden verhoogd met 3,5%. Vanwege het voornemen om het tarief voor vennootschapsbelasting te verlagen zal het box 2 tarief stijgen van 27,3% in 2020 om uiteindelijk in 2021 een tarief te kennen van 28,5%. De reden voor het nieuwe kabinet om het tarief in box 2 te verhogen is vanwege de balans tussen ondernemers in de inkomstenbelasting en ondernemers in de bv te bewaren. Echter, voor huidige winstreserves van BV’s (waarover al vennootschapsbelasting is geheven) betekent dit een forse verhoging van de totale heffing.

Box 3 wijzigingen
De bedoeling is om steeds verder aansluiting te zoeken met het daadwerkelijk gerealiseerde rendement voor de vermogensrendementsheffing. Vooruitlopend op deze wijziging zal voor het spaargedeelte gebruik worden gemaakt van actuelere cijfers. Deze wijziging gaat al per 2018 in. Het is de verwachting dat daardoor de tarieven voor 2018 enigszins zullen dalen.

Het heffingsvrije vermogen in box 3 zal worden verhoogd van € 25.000 naar € 30.000 per persoon (€ 60.000 voor fiscale partners).

 

Vennootschaps- en dividendbelasting

Vennootschapsbelastingtarief verlaagt
Het vennootschapsbelastingtarief zal stapsgewijs omlaag worden gebracht. Dit geldt zowel voor de eerste schijf als de tweede schijf. De eerste schijf loopt tot € 200.000 en het tarief wordt uiteindelijk 16% (was 20%), voor het meerdere wordt het tarief voor de tweede schijf 21% (was 25%). De tarieven zullen in 2019 met 1%, in 2020 met 1,5% en in 2021 tevens met 1,5% worden verlaagd. Zodat de uiteindelijke tarieven van 16% en 21% bereikt worden.

De geplande verlening van de eerste schijf gaat niet door. In 2018 zou de eerste schijf doorlopen tot € 250.000, maar deze wijziging wordt teruggedraaid.

Renteaftrekbeperking
Op basis van de ATAD-richtlijn Nederland een nieuwe renteaftrekbeperking introduceren. Het kabinet heeft nu een keuze gemaakt hoe die eruit moet komen te zien. Rente zal in de vennootschapsbelasting niet langer aftrekbaar voor zover het saldo van verschuldigde en ontvangen rente meer bedraagt dan maximaal 30% van het brutobedrijfsresultaat. De drempel voor deze aftrekbeperking is € 1 miljoen aan rente. Tevens worden er enkele bestaande specifieke renteaftrekbeperkingen afgeschaft, met uitzondering van de specifieke renteaftrekbeperkingen gericht tegen winstdrainage.

Kapitaalregel voor banken en verzekeraars
Vanwege het feit dat banken per saldo vaak rente ontvangen, zullen zij door het voornemen van de renteaftrekbeperking zoals hierboven benoemd niet geraakt worden. Zodoende wordt er een minimum kapitaalregel ingevoerd die de renteaftrek over vreemd vermogen boven 92% van het commerciële balanstotaal beperkt.

Innovatiebox
Het effectieve tarief van de innovatiebox wordt al per 2018 verhoogd. De innovatiebox kent op dit moment een effectief tarief van 5%, dit wordt verhoogd naar 7%.

Afschrijving op gebouwen in eigen gebruik
Bij gebouwen in eigen gebruik komt er een beperking op de afschrijving. Huidige regeling voor gebouwen in eigen gebruik is dat men kan afschrijven tot 50% van de WOZ-waarde (zogenaamde bodemwaarde). Per 1 januari 2019 zal de afschrijving op gebouwen in eigen gebruik worden beperkt tot 100% van de WOZ-waarde.

Fiscale beleggingsinstelling (FBI)
De directe beleggingen in vastgoed middels een fiscale beleggingsinstelling wordt niet langer toegestaan.

Dividendbelasting en bronbelasting op rente en royalty’s
Het nieuwe kabinet is voornemens om per 1 januari 2020 de dividendbelasting af te schaffen. Daartegenover komt er een bronbelasting op rente en royalty’s indien de uitgaande geldstromen gaan naar landen met zeer lage belastingen. De dividendbelasting blijft bestaan in misbruiksituaties en bij uitgaande geldstromen naar landen met lage belastingtarieven.

Verliesverrekening
Het voorwaarts verrekenen van verliezen gaat worden beperkt. Op dit moment kunnen verliezen gedurende negen jaren voorwaarts verrekend worden. Rutte III is voornemens de mogelijkheid tot verrekening van verliezen met toekomstige positieve belastbare winsten te beperken tot zes jaar. Deze wetswijziging zal vermoedelijk per 1 januari 2019 in werking treden.

Belastingontwijking
Het kabinet wil een zwarte lijst opstellen om belastingontwijking aan te pakken. De zwarte lijst zal worden gevuld door niet-coöperatieve jurisdicties op het gebied van belastingen en tevens een verplichting voor multinationals om per EU-land en per land op de zwarte lijst te rapporteren over hun activiteiten.

Loonheffingen / Werkgevers

Wet Deregulering Beoordeling Arbeidsrelaties (DBA) wordt vervangen
Op dit moment is er een periode van niet-handhaving voor wat betreft de ZZP’er, deze periode wordt in beginsel verlengd. In de tussentijd wordt er gewerkt aan een nieuwe regeling, deze regeling zal bestaan uit drie categorieën te weten:

  • Bij de onderkant van de arbeidsmarkt wordt snel een arbeidsovereenkomst aangenomen;
  • Bij de bovenkant van de arbeidsmarkt (boven de € 75 per uur) wordt snel ondernemerschap aangenomen;
  • De tussencategorie kan middels een module via de website van de Belastingdienst een mening krijgen van de Belastingdienst in welke hoedanigheid de werkzaamheden worden verricht.

De contouren van deze regeling moeten nog verder worden uitgewerkt. Als wij meer vernemen informeren we u daar uiteraard over.

30%-regeling
De looptijd van de zogenoemde 30%-regeling voor buitenlandse werknemers wordt teruggebracht naar vijf jaar (was acht jaar). Deze regeling zal vermoedelijk per 1 januari 2019 in werking treden. De vraag wat er met de lopende 30%-regelingen gaat gebeuren is (nog) niet duidelijk.

Pensioen
Het huidige pensioenstelsel voldoet volgens het nieuwe kabinet niet meer aan alle wensen. Derhalve zal het nieuwe kabinet gaan werken aan de hervorming van het pensioenstelsel.  Samen met de sociale partners willen ze de stap zetten naar een nieuw pensioenstelsel. Een vernieuwing die de kwetsbaarheden in het huidige stelsel aantoont en de sterke elementen behoudt, zoals risicodeling, fiscale ondersteuning en collectieve uitvoering. Het kabinet geeft de voorkeur aan een meer persoonlijk pensioenvermogen met collectieve risicodeling.

Milieubelastingen

Nationale CO2 heffing
Voor de energieproducenten in Nederland introduceert Rutte III een CO2-belasting. Er komt een minimumprijs voor de CO2-emissierechten. De uitvoering van de nieuwe regeling komt in handen van de Nederlandse Emissieauthoriteit (NEA).

Energiebelasting
De energiebelasting die zowel drukt op aardgas als op elektriciteit zal per saldo gaan stijgen. De energiebelasting op aardgas zal omhoog gaan, terwijl de energiebelasting op elektriciteit iets omlaag gaat. Tevens vindt er een verlaging plaats van de heffingskorting binnen de energiebelasting.

Afvalstoffenbelasting
Het tarief voor het verbranden en storten van afvalstoffen gaat omhoog. Zo ook het verbreden van de grondslag door de vrijstelling voor het verbranden van zuiveringsslib en biomassa af te schaffen.

Vliegbelasting
Vliegen zal duurder worden door de herinvoering van de vliegbelasting, naar alle waarschijnlijkheid in 2021. Ook hier ziet de belastingheffing op het terugdringen van de CO2-uitstoot.

Invoering kilometerheffing vrachtverkeer
Het kabinet is voornemens om zo snel mogelijk een kilometerheffing voor vrachtverkeer in te voeren. De opbrengst die hiermee gepaard gaat zal terugvloeien naar de vervoerssector door middel van een verlaging van de motorrijtuigenbelasting op vrachtauto’s en eventueel ook voor innovatie en verduurzaming.

Omzetbelasting

Verhoging verlaagd btw-tarief
Het huidig verlaagde tarief voor de omzetbelasting is 6%. Dit tarief is onder anderen bedoeld voor uitgaven als voedingsmiddelen en geneesmiddelen. Het plan is om per 1 januari 2019 het tarief te verhogen naar 9%.

Diversen

  • Korting op de verhuurderheffing voor corporaties die investeren in verduurzaming/energiebesparing. Het kabinet heeft hiervoor € 100 miljoen gereserveerd.
  • Kinderopvangtoeslag kan rekenen op een extra budget van € 250 miljoen per jaar.
  • Voor de zorgtoeslag vindt er een verlaging van het normpercentage voor toeslagpartners plaats met 0,45%.
  • De huurtoeslag zal worden vereenvoudigd en tevens wordt de huurtoeslag over een langer inkomenstraject afgebouwd.
  • Om het roken verder te ontmoedigen wordt de accijns op tabak verder verhoogd.

 

 

 

Benieuwd wat wij voor u kunnen betekenen?

Neem contact op
Deze website maakt gebruik van cookies.
Annuleren