Was samenloop willekeurige afschrijving en tonnageregime mogelijk?
De afgelopen jaren is het gedurende verschillende perioden mogelijk geweest om willekeurig af te schrijven op investeringen. Onlangs heeft de advocaat-generaal van de Hoge Raad (A-G) geconcludeerd over de vraag of samenloop tussen de willekeurige afschrijving en het tonnageregime mogelijk is. Wij zetten de situatie graag uiteen.
Onder voorwaarden kunnen zeescheepvaartondernemingen het tonnageregime toepassen, waardoor hun winst op forfaitaire wijze wordt vastgesteld. De achtergrond van deze regeling is een stimuleringsmaatregel voor de zeescheepvaart is gebaseerd op EU-regelgeving, omdat anders de kans aanzienlijk is dat deze zich buiten de EU vestigt.
In 2009 tot en met 2011 en in de tweede helft van 2013 was het mogelijk om versneld op investeringen af te schrijven door middel van de tijdelijke regeling willekeurige afschrijving. Hierdoor was het mogelijk om onder voorwaarden al 50% van de investering af te schrijven nog voor de ingebruikname.
In 2009 was nog niet wettelijk geregeld dat het niet mogelijk was om de tonnageregeling en de willekeurige afschrijving gezamenlijk toe te passen. In latere jaren was dit wel geregeld. De casus die op dit moment bij de Hoge Raad ligt, speelt dan ook voor een investering in een zeeschip in 2009 dat in 2010 in de vaart is genomen. De bedoeling van belastingplichtige was om in 2009 en 2010 ieder jaar 50% van de investering willekeurig af te schrijven en vervolgens gedurende 2010 het tonnageregime te gaan toepassen.
De A-G heeft onlangs een conclusie in die casus uitgebracht. Volgens de A-G is niet uit te sluiten dat de samenloop van deze regimes niet-aangemelde staatssteun oplevert, die in een voorkomend geval dient te worden teruggevorderd. Dit zou volgens de A-G betekenen dat de Nederlandse rechter al de samenloop van de regimes zou moeten weigeren en hierover niet een beslissing van de Europese Commissie hoeft te worden afgewacht.
Volgens de A-G blijkt uit huidige jurisprudentie dat het tonnageregime kan worden toegepast vanaf het jaar van ingebruikname van het schip (eerste vaart) en dus niet al tijdens de bouw of verbouwing ervan. Daarnaast oordeelt de A-G dat het tonnageregime alsdan ingaat aan het begin van het boekjaar. Belanghebbende wil enkel het tonnageregime toepassen als het kan ingaan in de loop van het boekjaar, om optimaal gebruik te maken van de willekeurige afschrijving. De A-G komt daarom tot de conclusie dat de inspecteur en belanghebbende in dat geval hetzelfde willen: geen tonnageregime. Als de conclusie van de A-G door de Hoge Raad wordt gevolgd, zal in deze casus geen nader onderzoek plaatsvinden naar de vraag of de samenloop van de regimes volgens de Nederlandse rechter staatsteun oplevert.
Indien u hierover vragen heeft, aarzel dan niet om contact met ons op te nemen.